Herdenkingsmonument Heimolen

Op 8 oktober 1944 worden twee Zeeuwse verzetsstrijders, op weg naar gevangenis en berechting in Den Haag, standrechtelijk gefusilleerd in deze omgeving. Zowel aan de Antwerpsestraatweg bij Villa Zuidgeest als aan de Oude Postbaan is voor deze verzetshelden een herdenkingsmonument opgericht. Een plek van bezinning en overdenking. Een moment van rust.

Op de Oude Postbaan, toen in die tijd een heide gebied eindigde zondag 8 oktober 1944 het leven van de Zeeuwse verzetsstrijders Marinus Dignus de Groot (°28-02-1900 - †08-10-1944) en Wouter Josephus Damen (°08-10-1901 - †08-10-1944). Op de 43ste verjaardag van Wouter Damen werden hij en Marinus de Groot (44 jaar oud) standrechtelijk geëxecuteerd, zonder enige vorm van proces of afscheidsbrief. 

Enkele weken voor de moord, op 31 augustus 1944 overviel het Zeeuwse verzet een Duits distributiekantoor van voedselbonnen in Geersdijk op Noord-Beveland. Vijf weken na die overval werd Marinus de Groot in zijn kruidenierszaak aan de Lange Vorststraat in Goes gearresteerd. Als ondercommandant stuurde hij jonge mensen aan die verplicht voor de Duitsers moesten werken aan de bouw van verdedigingswerken. Hij gaf al zijn kennis over die werkzaamheden door aan de geallieerden. Ook werd Wouter Damen na die overval in Geersdijk bij een huiszoeking gearresteerd. Wouter Damen verspreidde illegaal evacuatievrijstellingen en het dagblad Trouw. 

Beide verzetsstrijders werden verdacht van betrokkenheid bij de overval in Geersdijk en werden in Middelburg verhoord en daarbij vreselijk gefolterd. 

Ze werden onder druk gezet om te vertellen over hun verzetsactiviteiten en onder druk gezet om hun kameraden in het verzet te verraden. Beide mannen gaven ondanks alles hun geheimen niet prijs. Zij  hebben daarmee arrestatie van vrijwel het gehele Zeeuwse verzet weten te voorkomen. 

Getrouw aan vriend, vrijheid en vaderland.

Op 8 oktober 1944 kregen de Sicherheitsdienst (SD) officieren Karl Klünner en Karl Lamm het bevel om Damen en De Groot voor berechting naar Den Haag te brengen.  Op de Kreekrakdam kwam de auto onder zwaar  Canadees granaatvuur te liggen, maar met veel geluk kon de auto doorrijden richting Bergen op Zoom

Bij villa Zuidgeest (gehucht de Ouwe Tol) zette Klünner de auto stil, omdat verder gaan te gevaarlijk werd. De SD’ers dwongen De Groot en Damen verder het bos in. Aan de rand van een open vlakte hooguit 150 meter vanaf de weg klonk ‘halt, stehen bleiben !’  en moesten De Groot en Damen met hun rug naar Klünner en Lamm blijven staan bovenop een kleine verhoging in het landschap[1]. Direct daarna haalden Klünner en Lamm de trekker over en tuimelden de lichamen naar beneden in een greppel.

Pas twintig dagen later, op 28 oktober 1944, vonden Canadese militairen de lichamen van de Groot en Damen, onder persoonsbewijs waardoor ze op dat moment niet konden worden geïdentificeerd. De mannen kregen een laatste rustplaats in Hoogerheide.

Toen de SD’er Klünner na de oorlog in een verhoor werd ondervraagd over de executie, werd het verband, tussen de twee onbekende graven in Hoogerheide en Damen en De Groot en Damen, gelegd. Familieleden identificeerden de twee, vijftien maanden na hun dood, aan de hand van hun kleding. Zowel Damm (bij verstek) als Klünner werden in 1949 voor het Bijzondere Gerechtshof in Middelburg veroordeeld als oorlogsmisdadigers.

Jarenlang zijn Damen en de Groot onbekend gebleven. Toch mogen ze in Woensdrecht en Bergen op Zoom nooit worden vergeten.


[1]De locatie is vrij nauwkeurig bepaald aan de hand van het rechtbankverslag.

Heeft deze informatie u geholpen?