Financiële cijfers van Bergen op Zoom zien er goed uit

De verwachting is dat de begroting voor 2026 sluitend is.

Lange tijd hing het als een zwaard van Damocles over de gemeentefinanciën van de gemeente heen, maar het bestuur van Bergen op Zoom denkt het zogenoemde ‘Ravijnjaar 2026’ zonder extra bezuinigingen door te kunnen komen. De verwachting is dat er voor dat jaar zelfs een sluitende begroting gepresenteerd kan worden. En lange tijd zag het daar niet naar uit, want nog niet zo lang geleden leek het erop dat er opnieuw miljoenen bezuinigd moesten worden vanaf 2026. Inmiddels is het vooruitzicht een stuk positiever. Deels komt dit doordat het rijk de cijfers in de Voorjaarsnota heeft aangepast, maar het heeft ook te maken met de wijze waarop er steeds met de nodige voorzichtigheid met de financiën van de gemeente is omgegaan. Daardoor is de schuld fors verminderd en het eigen vermogen van de stad aanzienlijk is gegroeid. Voorzichtigheid en realisme lijken zich hiermee op een positieve manier uit te betalen. 

Door de tering naar de nering te zetten is het dit college ook nog eens gelukt om het grootste deel van de afspraken die in 2022 in het Bestuursakkoord ‘Samen Bergen Verzetten’ uit te voeren. In dit laatste jaar van deze collegeperiode zullen er nog wat laatste puntjes op de ‘i’ gezet worden en ligt er een solide basis voor een nieuw bestuur na de komende verkiezingen in 2026.

Dit is mede te danken aan het op orde brengen van de basis. En daarbij moet niet alleen gedacht worden aan de financiële basis. Zo is er in de afgelopen jaren hard gewerkt aan verschillende visies (Omgevingsvisie, Sociaal & Veilig, Economisch en de visie op Dienstverlening). Zij komen nu tot uitvoering waardoor Bergen op Zoom een gezonde toekomst tegemoet gaat. Minder focus op het maken van beleid dus, maar meer gericht op daadwerkelijk uitvoeren.

Investeren in de toekomst

In het afgelopen jaar is er kritisch naar de eigen begroting gekeken. Dat was ook de opdracht van de gemeenteraad. Als er naar jaarrekeningen over de laatste jaren wordt gekeken, bleef er aan het eind van die jaren nogal eens geld liggen dat onder andere door te weinig personeel niet in de gemeente geïnvesteerd kon worden. In de Jaarrekening over 2024 is er voor gekozen om meer geld toe te voegen aan voorzieningen om het achterstallig onderhoud aan de wegen (ook trottoirs en straten in de verschillende buurten) snel weg te werken. Daarmee wordt de gemeente een stuk veiliger gemaakt. In totaliteit gaat het om een extra investering van zo’n € 16 miljoen. Mede daardoor sluiten we 2024 af met een tekort van € 4,2 miljoen. Dat klinkt wellicht zorgelijk, maar doordat de financiële positie van Bergen op Zoom in de afgelopen jaren flink is verbeterd, kan dit nu goed worden opgevangen. 

Geld voor onderhoud

Waar er ooit een tekort van 10 miljoen was voorzien in 2026, lijkt het er nu sterk op dat de begroting voor 2026 sluitend zal zijn. Ook zijn er geen extra bezuinigingen nodig op voorzieningen die belangrijk zijn voor de samenleving, zoals het zwembad en de bibliotheek. 

Wethouder Joost Pals (Financiën): “Sterker nog: we investeren juist in deze voorzieningen. Zo stellen we extra geld beschikbaar voor de bibliotheek. En we draaien een eerdere bezuiniging op zwembad De Melanen terug. We pleegden daar geen groot onderhoud meer. Dat vinden we niet verantwoord. Gemeentelijke bezittingen moet je goed onderhouden. Of het nu om wegen of om zwembaden gaat”. 

Sociaal Domein

Ook in het sociaal domein moet er het nodige gebeuren. In het hele land proberen gemeenten de kosten voor sociale voorzieningen te drukken zonder inwoners tekort te doen. Daar is Bergen op Zoom niet veel anders in. De afgelopen jaren was er op dit onderdeel een bezuiniging opgelegd. Die wordt nu geschrapt. Dat betekent niet dat er niets gedaan moet worden op dit gebied. Er moet wel degelijk iets veranderen om ervoor te zorgen dat iedereen de ondersteuning krijgt die hij of zij nodig heeft, maar de wijze waarop zal moeten veranderen. 

Een voorbeeld hiervan is de zorg die er is voor jeugd. Jongeren moeten die zorg blijven krijgen. Zij mogen nooit in de kou komen te staan. Tegelijkertijd wordt gekeken waar duurdere vormen van zorg vervangen kunnen worden door goedkopere alternatieven, zolang dat verantwoord is. Ook wordt gekeken naar de beoordeling van de hulpvraag. Die hoeft niet altijd te leiden tot professionele zorg door de overheid. Sommige dingen horen nu eenmaal bij het normale opvoeden en zijn de verantwoordelijkheid van ouders zelf.